In welke volgorde moet ik mijn ingrediënten in de wok doen?
Wokken doe je in stappen. Moeilijk? Helemaal niet: volg de aanwijzingen en je zet in een een-twee-drie je wokgerecht op tafel.
Wokken stap voor stap
- Begin met de kruiden en specerijen, zoals look, gember of uitjes.
- Bak daarna het vlees of de vis rondom bruin en haal het uit de pan.
- Doe dan de groenten in de wok. De hardste groenten het eerst (worteltjes, ui, boontjes, broccoli, paprika), de zachtere als laatste (sojascheuten, paksoi, erwtjes). Je kan ook de harde groenten fijner snijden dan de zachte.
- Ten slotte doe het vlees of de vis terug in de wok en schep je alles om. Je kan nog wat smaakmakers toevoegen zoals sojasaus, kokosmelk, gember, citroengras en peper. Even alles goed doorwarmen en ... aan tafel!
Tip van de wokchef: schuif de gare ingrediënten naar de zijkanten in je wok, want daar is het minder heet.
Zo wok je vlees en vis
- Dep je stukken vlees of vis goed droog. Laat gemarineerde stukken uitlekken.
- Snij het vlees of de vis in dunne reepjes of kleine blokjes van gelijk grootte.
- Wok maximum 150 gram per keer.
- Laat de stukjes even in de wokpan liggen zonder te roeren, zo schroeien ze mooi dicht. Ze moeten niet volledig gaar zijn.
- Haal de gebakken stukjes vlees of vis uit de wokpan en voeg ze pas opnieuw toe nadat de groenten gewokt zijn. Dan garen ze nog even verder.
