Volkorenverdommeke

Week de rozijnen 30 minuten in koud water. Spoel ze af en dep ze goed droog.

Maak ondertussen het deeg: zeef de volkoren- en tarwebloem. Leg op het werkblad op een hoopje. Maak in het midden een kuiltje.

Los de gist op in het water en giet in het kuiltje. Strooi de suiker en het zout aan de zijkant van de bloemberg.

Snij de boter in kleine stukjes en verdeel die over de zijkant van de bloem.

Meng het deeg en kneed tot je een elastische massa bekomt. In het begin zal het deeg er erg kleverig uitzien, maar na 10 minuten goed kneden zal een deegbol ontstaan. Als het deeg soepel en elastisch aanvoelt, zonder nog te sterk te kleven (na ongeveer 20 minuten kneden), is het klaar.

Leg het deeg in een kom, dek af met een vochtige doek en laat 30 minuten rijzen.

Strooi wat bloem op het werkvlak en leg de deegbol erop. Doe de rozijnen en krenten bij het deeg en meng ze er kort onder.

Bol het deeg op en leg op een handdoek. Dek toe en laat nog eens 20 minuten rijzen.

Sla het deeg in en bol opnieuw op. Druk de bovenzijde in en leg de deegbol op de bakplaat. Dek af met een licht vochtige handdoek en laat nog 40 tot 50 minuten narijzen op een warme plaats.

Verwarm de oven voor op 200°C. Bak het brood 35 tot 40 minuten.

Haal het brood uit de oven en laat afkoelen op een rooster.

Tip: bol het deeg op door er met zachte, maar kordate hand tegenaan te tikken. Op die manier blijft het broodje luchtig.