Everzwijnstoofvlees met spruitjessalade en kroketten

Everzwijnstoofvlees: warm de oven voor op 140°C.

Pel de ui en snipper fijn.

Verhit 3 el geklaarde boter in een stoofpot met dikke bodem.

Bak het everzwijnstoofvlees in 3 porties mooi bruin aan alle zijden.

Roer de gesnipperde ui erdoor.

Blus met porto en schraap de aanbaksels los van de bodem.

Bestrooi met bloem en roer goed om.

Blus met wildfond en voeg de jeneverbessen en het kruidentuiltje toe.

Breng aan de kook. Zet min. 3 u onder deksel in de voorverwarmde oven.

Roer er, na gaartijd, 150 g veenbessenconfituur door.

Verwijder het kruidentuiltje. Kruid met zwarte peper en zout.

Spruitjessalade: pel de look en snipper fijn.

Verwarm de notenolie met de look tot deze begint te geuren.

Hak de kastanjes fijn. Roer ze met de honing en wijnazijn onder de olie.

Reinig de prinsessenboontjes. Verwijder de uiteindes.

Breng gezouten water aan de kook. Blancheer de boontjes 3 à 5 min.

Verfris in ijskoud water, laat uitlekken en halveer.

Snij de uiteindes van de spruitjes zodat de blaadjes loskomen.

Pluk de blaadjes los van elkaar.

Snipper de platte peterselie fijn.

Meng de spruitblaadjes, platte peterselie en prinsessenbonen en roer de notendressing erdoor.

Bak de kroketten gaar in de friteuse.

Afwerking: serveer het stoofvlees met de spruitjessalade, overige veenbessencompote en goudbruin gebakken kroketten.