Bouillabaisse

Verwarm de oven voor op 180°C.

Rouille: schil de paprika’s, snij ze middendoor en verwijder de zaadlijsten en steelaanzet. Schik ze in een ovenschaal en besprenkel met olijfolie. Leg de ongepelde teentjes look ertussen en laat 45 min garen en konfijten. Laat afkoelen.

Bouillabaisse: pel de scampi’s, verwijder het darmkanaal en hou de schalen bij. Roerbak de schalen in 2 el olijfolie tot ze mooi roze kleuren. Blus met de witte wijn, laat inkoken tot 2⁄3 en voeg de bouillon toe. Laat even doorkoken en giet door een zeef.

Snij de venkel in dunne reepjes en de prei in ringetjes. Pel de ui en teentjes look en snij alles fijn.

Verwijder de zaadlijsten en steelaanzet van de paprika en snij het vruchtvlees fijn.

Verhit een ruime pan op een halfhoog vuur, voeg olie, venkel, ui, prei en rode paprika toe en fruit enkele min. Roer de harissa en de sinaasappelzeste erdoor.

Doe het saffraanpoeder in een vuurvast kommetje en overgiet met het kokende water, laat 5 min rusten.

Voeg de tomaten, look, tomatenpuree, bouillon, tijm, laurier en saffraan toe aan de groenten en breng aan de kook. Zet het vuur lager en laat 10 min pruttelen tot de groenten zacht zijn.

Snij de vis in stukken.

Ga verder met de rouille: druk de zachte teentjes look uit hun schil.

Doe de eidooiers in een mengbeker of de blender, voeg het citroensap, de gekonfijte stukken paprika, 1 el vocht van de bouillabaisse, saffraan en look toe.

Mix op volle kracht en voeg de olie in een dun straaltje toe.

Mix glad, kruid met peper en zout en plaats in de koelkast.

Voeg de visfilet en scampi’s toe aan de bouillabaisse. Dek af en laat even pocheren tot de scampi’s net gaar zijn.

Bestrooi met fijngehakte peterselie en serveer in diepe borden met de rouille en plakjes gegrild stokbrood erbij.